Ok, we weten het allemaal: onder druk van de noodzakelijke energietransitie, klimaatadaptatie, de ontwikkelingen in de agrarische sector en nog veel meer, moet én zal ons landschap drastisch veranderen.
Dat zou op zich niet zo’n probleem moeten zijn. Want ons land veranderen, dat doen we al eeuwen. We zetten het naar onze hand, uit noodzaak, behoefte of gewoon omdat het kan. Ons landschap is letterlijk een levend archief van voorbije, actuele en toekomstige ideeën.
Het feit dat Nederland nu eenmaal niet zo heel groot is, en de transities wel echt een impact op het landschap hebben, maakt de toekomst echter op zijn minst uitdagend. Maar wat als we onze expertise en ervaring met het maakbare landschap nu eens koppelen aan onze kennis op het gebied van gaming? Kunnen en dúrven we onszelf de vraag te stellen hoeveel echt, fysiek landschap we eigenlijk nodig hebben?
Geïnspireerd door onder meer de prachtige video-installatie ‘Establishing Eden’ van Broersen & Lukács zie ik persoonlijk hele interessante kansen voor technologie. Met de ontwikkelingen die we de komende decennia nog verwachten in virtual reality (VR) en artificial intelligence zijn de mogelijkheden waarschijnlijk ongekend. En als we even door denken, bieden virtuele landschappen ons ongelofelijk veel kansen.
Iedereen kan in dat geval zijn eigen landschap hebben, afgestemd op de individuele wensen, behoeften en zelfs op de stemming van dat moment. Voeg aan de ‘free room VR’ een aantal andere zintuigelijke ervaringen toe als geur, gevoel (zon, wind, kou, water) en de beleving wordt nog optimaler. Dat landschap kan bovendien zo spannend zijn als je zelf wil en aankunt. Van het tuinpad van je vader voor de één tot een science fiction experience voor de ander. Ik zie mezelf al zitten op een eindeloos strand onder een stralende paarse hemel als ik gestrest ben, of heerlijk picknicken in een arcadische setting met heuvels en wijnranken met vrienden voor de gezelligheid. En voor het avontuur wil ik wel een Lord of the Rings-achtige omgeving om in te hiken met (net niet té) spannende ravijnen, grotten en watervallen.
Door middel van neurale netwerken kunnen deze landschappen bovendien leren van onze gedragingen en bevindingen en zich nog verder ontwikkelen. In een virtueel landschap bestaan veel van de huidige problemen niet meer. Biodiversiteit kent geen grenzen: we creëren zelf nieuwe flora en fauna of interessante nieuwe mengvormen daarvan. Ook allerlei issues rondom vergunningen, geluidsoverlast, fijnstof, afval en dergelijke, die nu soms onze plannen verhinderen of het verblijf bederven, bestaan niet in een ideale virtuele wereld.
En wat grote winst is: virtuele landschappen vragen niet veel ruimte, waardoor er in de echte wereld volop fysieke ruimte overblijft voor energie, waterbeddingen, productielandschappen, infrastructuur etc.
Maakt de technologie het mythische Eden werkelijkheid? En is Eden de oplossing voor ons ruimteprobleem en de toekomst van ons landschap?
Mieke Conijn
Directeur Kunstenlab