Energie, het waait en het schijnt om ons heen

 11 november 2018 overzicht


Op het gebied van duurzame energie hebben we in Nederland stevige doelstellingen vastgelegd die tot een grote verandering van het landschap zullen leiden. De energievoorziening, oftewel zonnepanelen en windturbines in het landschap, vormt de grootste ruimtelijke opgave op dit moment.

Twee persoonlijke drijfveren

Het is een opgave die mij persoonlijk raakt, vanuit twee kanten. Enerzijds ben ik ervan overtuigd dat we qua energieverbruik boven onze stand leven. We gebruiken veel energie en we importeren enorm veel spullen die met veel energie zijn geproduceerd. Volgens de University of Leeds zijn we daarmee een van de meest vervuilende landen op aarde. Oftewel: we moeten ons leven gaan beteren. Daar hoort bij dat we samen op schone wijze onze energie gaan opwekken. Dat betekent  misschien dat we dan maar iets minder ruimte hebben voor de export van landbouwproducten.

Anderzijds ben ik een enorme liefhebber van cultuurlandschappen waarin een balans tussen cultuur en natuur zichtbaar is. Zoals agrarisch landschap waarin we het gezang van vogels en het geritsel van insecten horen. Zoals recreatieve landschappen waarin we de geschiedenis van onze voorvaderen tastbaar voelen. Zoals rivieren en beekdalen waarin we de kracht van de natuur en ook de weerbaarheid van mensen teruglezen in dijken, wielen en stadsfronten. Balans is vaak gegroeid maar je kan het ook ontwerpen.

Zorgen over energie in het landschap

Maar nu dus op weg naar energie in ons landschap. Het is een opgave waarin ik wat meters heb gemaakt. Bij de plaatsing van 45 van de meeste moderne turbines in zuidelijk Flevoland was ik als strateeg en ontwerper betrokken. Voor zonne-energie mag ik gemeenten adviseren en maakte ik recent een visie voor de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed. Ik zie nu dat er op alle niveaus over energie wordt nagedacht. En de resultaten baren me zorgen. Waarom? Omdat ik zie dat de discussie in de meeste gemeenten voornamelijk gaat over de plek: waar zetten we de zonnepanelen neer?

In veel gevallen wordt er dankbaar ingegaan op initiatiefnemers die zelf met een locatie komen aanzetten waarna er een planologisch proces wordt doorlopen. En ja, het gaat ook steeds vaker over meeprofiteren. De meeste energie-installaties wekken weinig sympathie op bij de buren en dus proberen we ze in de opbrengst te laten delen. Heel goed. Ik mis echter een belangrijke vraag, een vraag die we ons tegenwoordig wel stellen bij elke woonwijk, wegaanleg of dijkverzwaring: wat is onze ambitie? Investeren we in kwaliteit? Of delegeren we en spreiden we de opgave? Willen we het een keer groot en goed? Of willen we het twintig keer klein en onopvallend? Dat onopvallende, dat lukt trouwens niet vaak.

Kwaliteit is een keuze

Maar, kan dat wel, een goed energiepark, vraagt u zich misschien af? Ja, er valt wat te kiezen. Ook nu worden er ruimtelijke keuzen gemaakt: locatie, omvang, hekwerken, hoogtes, toegankelijkheid en beheer van de ondergrond zijn keuzen. Ik adviseerde een gemeente die 45 parken van circa 1 ha wilde aanleggen. Ik rekende voor dat dit bij elkaar 18 km hekwerk rondom de parken oplevert. Terwijl er circa 3 km hekwerk nodig is rondom een geconcentreerd park van 45 ha. Ik vind dat winst. Nog meer winst is, vind ik, dat er dan maar 1 keer technische bouwwerken in het groen komen in plaats van 45 keer. Ander voorbeeld: Ik vind de Maasvlakte een fascinerend landschap, maar we hadden de activiteiten ook kunnen uitspreiden over Zuid Holland. Ik zeg niet dat we Maasvlaktes in Overijssel moeten maken. Ik beweer wel dat we pas wat te kiezen hebben over ruimtelijke kwaliteit als we naast pragmatische oplossingen ook hoge ambities onderzoeken. Dit betekent mijn inziens: verken de concentratie van de energie in grote transformerende landschappen! En onderzoek wat er bereikt kan worden met slim ontwerp van de energieopstellingen door bijvoorbeeld relaties te leggen met natuur, landbouw of recreatie.

Niet alles kan overal, maar durf te onderzoeken en te benoemen wat lage kwaliteit heeft en wanneer er toegevoegde waarde in het landschap ontstaat. Onderzoek uiteraard ook wat er er nodig is om kwaliteit te organiseren: actievere overheid? Meer stakeholders betrekken en bevragen?

Ik denk dat hiermee de gesprekken die overal in Nederland over duurzame energie worden gevoerd, een stuk interessanter worden.

Frank Stroeken

Ateliermeester

 

Bijschrift afbeelding: Schets voor de reconstructie van een beekdal in combinatie met zonne-energie.

https://www.nrc.nl/nieuws/2018/11/06/varkenspoep-voor-een-kleine-ecologische-voetafdruk-a2754126

Onder meer Windpark Sternweg, dat mede ontworpen is voor optimale beleving vanaf de provinciale weg.

Het rapport “Erfgoed en energielandschap. Onderzoek en inspiratie voor het landschap rond de A37” is verschenen in april 2018 en is te vinden op: https://cultureelerfgoed.nl/sites/default/files/publications/erfgoed-en-energielandschap_a37.pdf

 

Reacties1

Guido19 november 2018 13:08

Dag Frank, ik kan me goed verplaatsen in je artikel. Het is tijd om de helikopterpositie in te nemen en een moment tijd te nemen om te twijfelen, te wikken en te wegen. en ons af te vragen: "Hoe dan?!" Een moment, niet te lang natuurlijk. We weten dat we haast hebben. Daarbij lijkt het mij vooral zinvol om het te hebben over tijdelijkheid in deze discussie. Want wat is de levensduur van deze zonnevelden? Wellicht worden ze over 25 jaar weer verwijderd nadat de thoriumreactor ons van energie is gaan voorzien... Hoe kunnen we er voor zorgen dat we 'een scherpe bocht' maken in ons energieverbruik en de manier waarop we energie opwekken en opslaan zonder onomkeerbare schade te veroorzaken. Geen erfgoed vernietigen, belangrijke natuurelementen behouden en misschien zelfs wel bijdragen aan biodiversiteit. Een mooie opgave. Een belangrijke tijd waarin wij het verschil gaan maken voor toekomstige generaties. Laten we alle kennis en creativiteit inzetten! Zoals ze in Eindhoven al zeiden: If not us, then who? Guido

Laat een reactie achter